Author/Editor:
jos zuijlen
Language:
Dutch
Industry:
Community, For-profit Business (Corporate), Healthcare, NGO, Psychology/Therapy
Downloadable Files:
Resource Type
Article
Voorwoord
Veel mensen geloven dat als je iets wilt veranderen of beter wilt maken, je eerst moet zoeken naar wat er aan de situatie hapert. Als je de problemen hebt geïdentificeerd en vervolgens geanalyseerd, bedenk je een oplossing en voer je die daarna uit. Deze probleemoplossende aanpak is onmisbaar in een medische procedure, als je bijvoorbeeld een been breekt en ook noodzakelijk bij technische problemen als bijvoorbeeld de auto niet start, maar het blijkt, als het om verandering bij mensen gaat, dat deze ‘probleem-oplossende’ aanpak niet meer voldoet.
Dit boekje nodigt u uit om te leren over een filosofie, Appreciative Inquiry (AI), die er van uitgaat, dat in elke groep mensen er iets is dat goed werkt. In AI is de identificatie van ‘dat wat goed werkt’ het beginpunt van de verandering. We analyseren geen problemen maar maken een studie van dat wat goed werkt. Dit boekje is bedoeld om nieuwsgierigheid te wekken en informatie te geven over AI. . Het is incompleet. Maar als dit boekje u aanspreekt kunt u via een website (aicommons.com) en een stapel boeken verder vertrouwd en bekend raken met deze nieuwe bron van kennis.
De artikelen zijn geschreven in verschillende stemmen. Onder andere wetenschappelijk, artistiek, psychologisch, organisatorisch, poëtisch, metaforisch en visueel. Dat is met opzet zo gedaan, omdat de wereld niet homogeen is. Onze samenleving is bijna op alle vlakken divers en niet meer uniform. De verschillende benaderingen en disciplines, die in dit boekje doorklinken, zijn daar een afspiegeling van.
In het artikel ‘Woorden worden werelden’ staat de sociale psychologie naast de mythologie en een country-and-western liedje. Deze combinatie kaart aan dat we moeten oppassen met hóe we verschijnselen rondom ons heen benoemen. Want op het moment dat we iets benoemen, bijvoorbeeld: ‘we hebben een probleem’, bestaat een grote kans dat we alleen de problemen zien en ook een serieuze kans dat we problemen creëren. We creëren met onze woorden de wereld waarin we leven. In andere woorden, de brillen die we dragen, (en ik bedoel dit metaforisch), bepalen wat we zien.
In een voorbeeld uit de praktijk vertelt Tom Morell de nieuwe directeur van Fairfield Elementary school hoe hij kampte met de naweeën van het samengaan van drie scholen en hoe hij in een klimaat van vijandigheid en met minimale middelen Appreciative Inquiry toepaste.
De fabel van Het tijgerjong herinnert ons hoe het voelt om geïnspireerd te zijn door de dingen waar we een diepe emotionele, spirituele en intellectuele band mee hebben Het verhaal laat ons ook zien dat we de ander nodig hebben om onszelf te herkennen, en in wat voor mentale,emotionele en fysieke staat we kunnen raken als we een scenario leven waarin ons potentieel niet goed tot uiting kan komen. Bovendien suggereert de fabel van het tijgerjong die opgroeit bij de geiten, dat we flexibel zijn als het gaat om rollen, identiteit en gedrag. En dat wat wij ‘jezelf zijn’ noemen afhankelijk is van de omgeving waarin we ons bevinden.
Het artikel ‘Appreciative Inquiry’ geeft een beschrijving van de filosofie en methodische toepassing van Appreciative Inquiry. Waar het vandaan komt en hoe je het doet. Hierdoor geïnspireerd kunnen we te goeder trouw gaan onderzoeken wat de succesvolle praktijken in de hedendaagse scholen zijn, wat er goed werkt en wat er allemaal mogelijk is, zodat we doorbouwen op het beste van het verleden en van hieruit een positieve toekomst creëren.
In ‘De Praktijk’ kunnen we vervolgens een samenvatting lezen van het AI-proces op de Benedictine University. USA.De fragmentatie en vervreemding onder de faculteit leden was daar groot, terwijl om in de concurrentie met andere universiteiten te overleven het nodig was om een gezamenlijk doel en gezamenlijke waarden te ontwikkelen. Er was een grote aanvaring ontstaan, omdat er van docenten steeds meer kwaliteiten werden gevraagd die in het bedrijfsleven thuishoren. Op de Benedictine University zagen ze dat, als ze een vitale cultuur in het onderwijs wilden bevorderen, ze iets met deze roluitbreiding van de docenten moesten doen.
Tot slot in het laatste artikel ‘Verstoor de gewoontes een beetje…’ leen ik Frank O. Gehry, een architect uit Californië, die wereldberoemd is geworden door het ontwerp van het Guggenheim-museum in Bilbao, Spanje. Ik gebruik zijn gebouw en werkmethodes als een metafoor om te spreken over “samen iets doen waar we goed in zijn.” Deze metafoor geeft een antwoord op de vraag: ” Zijn er ideeën die ons inspireren en kunnen leiden om met elkaar tot een andere groepsidentiteit te komen?”
Gehry’s manier van werken stimuleert ons, poëtisch gezegd, om “meerdere horizonnen” in onszelf en anderen te zien en een gesprek daartussen op gang te brengen en te houden.
Dit boekje is gegroeid omdat Jos Zuijlen van Meso Consulting de Nederlandse onderwijswereld kennis wil laten maken met Appreciative Inquiry. En …dit boekje zou onleesbaar zijn als José Bouwmans en Geerta Pluut mijn ‘Nedengels’ (combinatie Nederlands en Engels) niet hadden omgezet in algemeen beschaafd Nederlands. Maar de voedingsbodem voor deze artikelen zijn en blijven de gesprekken met mensen.